Nu ik een heuse foodblog ben begonnen over koken voor veel eters, is B. gepromoveerd tot proefpersoon. Dat was hij al op huis-, tuin- en keukenbasis, maar toen hield ik wat meer rekening met zíjn smaak en voorkeur.
Gisteren deed ik hem verdriet met een nieuwe bereidingswijze voor papoutzakia, Grieks voor ‘slofjes’. Een lief gerecht van aubergines, gevuld met gehakt, in de oven gebakken, inderdaad in de vorm van een schoentje of slofje.
Punt is, dat die aubergines eerst in hun geheel rustigjes gebakken moeten worden, voordat ze kunnen worden gevuld. Het recept schrijft daartoe een koekenpan voor. Die gebruik ik altijd braaf, alleen: het is nogal een gespetter en een langdurig gedoe. En met twee koekenpannen kan je nog net 8 aubergines aan, maar wat nu als je méér wilt? Twee baksessies inplannen, tsja.
Enfin, ik vroeg me af of dat handiger kon. Om maar met de conclusie te beginnen: nee. Vooralsnog niet tenminste, want ik geef nog niet op.
Hoe pakte ik het aan? In een ondiepe ovenschaal goot ik een royale plens olijfolie. Van de aubergines sneed ik de steelaanzet af. Iedere aubergine sneed ik daarna in de lengte in, beginnend 2 centimeter na de steelaanzet en eindigend 2 centimeter voor het kontje. Daarna wentelde ik ze door de olie en schoof ik ze in de oven, die was voorverwarmd tot 180C. Daar liet ik ze 45 minuten, zo af en toe keerde ik ze. Toen waren de aubergines zacht en vulde ik de inkeping met een gehaktmengsel, en gingen ze terug de oven in voor ruim een half uur.
Wat er aan mankeerde: de aubergines waren wel zacht, maar ze smaakten niet gaar. Ze hielden de groenige smaak van nachtschade, alsof ze niet goed gebakken waren. Iemand ideeën hierover?
Voorlopig dus geen veel-eters-recept voor papoutzakia.
Door naar een ander lid van de familie nachtschade: aardappelen! Ik gebruikte ze voor een gratin Dauphinois, een lekkere romige aardappelschotel uit de oven. Echt fijn voor veel eters. Voor B. bakte ik er een wiedergutmachungsschnitzel bij, wat natuurlijk weer niet handig is voor een grote groep, denk dan eerder aan een lekkere rollade ofzo. (Ja! Met appel-lijsterbeschutney erbij!) Verder maakte ik een witlofsalade. Die is wel weer heel geschikt voor een grote maaltijd omdat je de lofjes niet hoeft te wassen en drogen.
Lees hier verder voor het recept van de gratin. Ik heb hem in zijn allersimpelste vorm gemaakt. Kijk bij de tips en trucs in het receptkaartje voor lekkere variaties!
Leuk stukkie , lekker geschreven over iets lekkers !