Inmaken is een heel handige manier om vooruit te werken. Ideaal dus als je voor een grote groep eters wilt koken.
Als je voor ongewone ingrediënten kiest maak je de maaltijd gelijk interessanter.(Wat bijzonder! Dat heb ik nog nóóit gegeten. Hoe maak je dat? – In dat laatste geval graag naar deze site verwijzen, hè?)
Appel-lijsterbeschutney is lekker naast gebraden vlees, op een broodje met ham (en een beetje rucola) of bij een stukje belegen kaas. De smaak is licht bitter, kruidig en zoetzuur, de structuur is bonkig.
Hieronder vind je het receptkaartje van de chutney. Klik hier voor het recept van de gelei. Heb je vragen of opmerkingen? Laat onderaan deze pagina een bericht achter en ik reageer zo snel mogelijk.
Lees ook de blogpost Straks veel eters blij maken met appel-lijsterbeschutney.
Boodschappenlijstje
- Lijsterbes, 350 gram schoon gewogen
- 1 kilo appel (650 gram schoon gewogen)
- Plm. 3 middelgrote uien (250 gram schoon gewogen)
- Knoflook, 3 tenen
- Verse gemberwortel, stukje van 3 cm.
- Kaneelstokje, 1
- Rozijnen, 75 gram
- Suiker, 225 gram
- Witte wijnazijn, 1,5 dl.
Stap 1: Lijsterbessen plukken, rissen en ontbitteren.
Werkwijze
Ga op pad met een schaartje en een tas of zak. Knip hier en daar trossen bessen van de bomen / struiken. Neem mooie, volle bessen. De ingedroogde of aangetaste trosjes laat je hangen. Uiteindelijk wil je 350 gram bessen hebben, schoon gewogen (dus zonder takjes en blaadjes).
Thuis ris je de lijsterbessen van de steeltjes en was je ze. Kies dan een methode om de bessen minder bitter te maken:
- Vries ze een nachtje in en ontdooi ze weer, of
- Zet ze een nacht weg in een mengsel van 1/3 azijn en 2/3 water, of
- Kook ze op in ruim water en giet af.
Stap 2: de chutney maken
Ingrediënten
- 350 gram lijsterbes (schoon gewogen en ontbitterd, zie stap 1 )
- 1 kilo appel (650 gram schoon gewogen)
- Plm. 3 middelgrote uien (250 gram schoon gewogen)
- 3 tenen knoflook
- Stukje verse gemberwortel van 3 cm.
- 1 kaneelstokje
- 75 gram rozijnen
- 225 gram suiker
- 1,5 dl witte wijnazijn
- 1, 5 dl water
- 3 tl. zout
Werkwijze
Schil de appels, snij ze in partjes en die op hun beurt in schijfjes van plm. een halve centimeter dik. Maak de ui schoon en snij fijn. Schil het stukje gember en snij het in plakjes, die weer in reepjes en die vervolgens in fijne stukjes. Pel de tenen knoflook en snij ook die in fijne stukjes.
Doe alle ingrediënten (zie de lijst) in een ruime pan en breng aan de kook. Laat het dan zonder deksel rustig doorkoken tot de stukjes appel glazig zien en het vocht vrijwel is verdampt. Dat duurt ongeveer een half uur. Roer zo min mogelijk, schud de pan af en toe heen en weer om aanbranden te voorkomen. Zodra de massa dik is en de appel uiteen begint de vallen, is de chutney klaar.
Zet de schone pot of potten (zie tips & trucs) op een vochtige doek en lepel hier de kokende massa in. Draai de deksel er stevig op en zet op de kop, tot de potten zijn afgekoeld. Zet ze dan koel en donker weg. Een etiketje erop is handig.
Laat de chutney minimaal twee weken rusten voor het te gebruiken.
↑
Tips en trucs
Binnen een maaltijd (geserveerd naast vlees bijvoorbeeld) heb je ongeveer 50 gram per persoon nodig. De kilo die dit recept oplevert, is dus genoeg voor 20 personen.
Je kan er voor kiezen alles in één pot te doen (een weckpot, bijvoorbeeld). Dat staat best stoer, en je kan er aan tafel uit laten scheppen.
Als je nog niet weet aan hoeveel personen je dit gaat uitserveren kies je voor kleinere potjes. Met een etiket er op kan je die ook prima op tafel zetten. Zo ziet iedereen gelijk wat ‘ie eet – lof zal je deel zijn.
Welk formaat pot je ook kiest: zorg dat ze héél schoon zijn. Was ze grondig (ook de deksels!). Dat kan in de afwasmachine of met de hand, met een sodasopje. Spoel ze vlak voor gebruik om met kokend water – ook de deksels weer. Zet ze dan op de kop weg, op een schone theedoek.
Als je schoon werkt, kan je de chutney zeker zes maanden bewaren. Laat de chutney de eerste twee weken met rust: de smaak wordt in die tijd nog beter.
↑